Pernambuco, Brasil (Nederlands Brazilië), 12 Gulden 1646, goud, XII GWC, kz. ANNO BRASIL 1646, Scholten 1447, KM.7, slabbed NGC MS63, zie artikel in de Beeldenaar 1995-3, Jacobi, pagina 404-423. Pernambuco, enige tijd de benaming voor Het Recif van Pernambuco of Mauritsstad, van 1630-1654 de hoofdstad van Nederlands Brazilië, thans Recife, hoofdstad van de Braziliaanse staat Pernambuco. Als gevolg van de voortdurende betwisting van de nederzetting tussen Nederlanders en Portugezen was de West-Indische Compagnie enige malen gedwongen noodmunten te laten slaan. In 1645-1646 sloeg muntmeester Pieter Janssen Bas vierkante goudstukken van 12, 6 en 3 gulden(Braziliaanse dukaat) met op de vz het monogram G.W.C, van de Geoctrooieerde West Indische Compagnie met daarboven in Romeinse cijfers de waarde in guldens. Op de kz stond in drie regels ANNO./BRASIL./jaartal. De stempels zijn gesneden door Jan Bruynsvelt. Pernambuco, geoktrooieerde Westindische Compagnie 12 Guilders 1646, Recife, struck on a square flan, OWC monogram, value above, REV.ANNO.BRASIL, lozenge and date, Scholten 1447, KM.7, slabbed NGC MS63 The Captaincy of Pernambuco in North Eastern Brasil was a Portuguese Colony from the 16th Century. The Dutch tries to extend their influence there in the 1620's and in 1630 succeeded in capturing Olinda and Recife. The wealth of the territory, based on sugar production, gave the Dutch West Indian Compagny good reason to establish and try and hold this Province of New Holland. However, the Portuguese were reluctant to relinquish control and struggles continued into the 1640's. During a revolt in 1645 the Portuguese recaptured much of the territory and by 1645 the Dutch were driven from their last stronghold at Recife. The emergency coinage 165-46 and 1654 were struck when Pernambuco was besieged by the Portuguese. An instruction of 10 October 1645 ordered the mintmaster, Pieter Janssen Bas, to strike gold coins equal to 4,2 and 1 Brasilian ducats. The gold came from Guinea, the west Indies and elsewhere. The die cutter was Jan Bruynsvelt.

West Indië, ¼ Gulden 1794, Scho.1355, ruim prachtig

West Indië, 2 Stuiver 1794, Scho.1356, ruim prachtig

Curaçao, driekantje van 3 Reaal, ca.1815, Scho.370, bijgevoegd blanco ex. met instempeling 3S

Curaçao, driekantje, instempeling 3, Sch.1371, zeer fraai

Curaçao, Particuliere stuiver 1880(4x), IIN(2x), LxG en JxC, ca. prachtig

Nederlandse Antillen, Ontwerpset 1969, 1-2½-5-10-25 cent en 1 Gulden, Sch.1470-1475. Begin 1969 werd door muntmeester hengel een serie ontwerpen geslagen van afwijkende tekening(met name de 5 cent), zelden compleet aangeboden, slechts 210 series geslagen, in map

Nederlandse Antillen, 5 Gulden 1980, PL

Nederlandse Antillen, 5 Gulden 1980, PL

Nederlandse Antillen, 10 Gulden 1980, PL, in cassette

Nederlandse Antillen, 50 Gulden 1979, unc

Nederlandse Antillen, 50 Gulden 1979, PL

Nederlandse Antillen, 300 Gulden 1980a, met muntmeestersteken, unc

V.O.C., Zeeland, zilveren rijder 1738, Scho.36(RRR), uiterst zeldzaam!, montagesporen, schoongemaakt overigens zeer fraai

V.O.C., Utrecht, X Stuivers 1786, Scho.73, bijna zeer fraai

V.O.C., WEST FRIESLAND, X Stuiver 1786, Vz. staande Nederlandse Maagd, omschrift HAC NITIMVR-HANC TVEMR, Kz. Generaliteitswapen tussen waardeaanduiding, binnen een rococo cartouche het VOC embleem, omschrift: MO:ARG:ORD:FOE:BELG:WESTFR:1786, met kabelrand, Scho.75, iets gevouwen muntplaatje, zeer fraai

V.O.C., West Friesland, X Stuiver 1787, Scho.76, bijna prachtig

V.O.C., zilveren Javase Ropij 1766, muntteken/Arabische tekst/jaartal in normale cijfers, kz. Arabische tekst, kabelrand, Scho.458s, prachtig